Kunst en kleding
Het naakte menselijke lichaam, zowel mannelijk als vrouwelijk, komt veel voor in de kunstgeschiedenis. Minstens net zo interessant is de kleding die we tegenkomen in de kunst door de eeuwen heen. Mode is geen modern verschijnsel en daarbij hebben kleuren vaak een betekenis. Zo kunt u Maria vaak herkennen aan de blauwe kleur van haar jurk of mantel. Daarvoor werd vaak het prijzige lapis lazuli gebruikt, nog duurder dan goud. Is er iets passenders voor de moeder van de zoon van god?
Op het hoofd van de man in dit (vermoedelijke zelf)portret van Jan van Eyck zit een opvallend hoofddeksel. Het is een opgeknoopte kaproen, die in de middeleeuwen in Europa in de mode was. Oorspronkelijk was het een kledingstuk voor de armere bevolking, maar vanaf de veertiende eeuw zetten ook mensen met een grotere portemonnee de kaproen op hun hoofd. Natuurlijk waren die van dure stoffen gemaakt en kunstig op het hoofd gedrapeerd. Verschil moest er zijn.
Modeontwerpers laten zich geregeld inspireren door voorbeelden uit de kunstgeschiedenis, denk bijvoorbeeld aan de Mondriaanjurk van Yves Saint Laurent uit de jaren ’60 of Gianni Versace die naar de kunst van Andy Warhol keek in de vroege jaren ’90.
Sommige personen zijn erg makkelijk te herkennen in schilderijen, bij Elizabeth I van Engeland komt dat door twee zaken. Kunstenaars mochten haar alleen jong weergeven, alsof de maagdelijke koningin de eeuwige jeugd zou hebben. Daarbij draagt ze kleding waarin geen enkele beweging mogelijk lijkt, doorgaans versierd met een indrukwekkende hoeveelheid parels. Die parels – wit, glanzend, perfect rond, zeldzaam – stonden symbool voor puurheid en maagdelijkheid, iets waar Elizabeth zich mee identificeerde en in haar portretten uitdroeg.
Jan Steen staat bekend om zijn humoristische schilderijen van ongeregelde gezelschappen en dit werk is geen uitzondering. Ter contrast van chaotische gezin – moeder is in slaap gevallen, er wordt flink gedronken, de kinderen roken – staan er rechts twee serieuze figuren. Ze zijn kuis en in serieuze kleuren gehuld en lezen uit een boek dat de Bijbel zou kunnen zijn. De eend op de schouder van de man geen fashion statement, maar identificeert het paar als kwakers (of quakers), een strenge christelijke groepering. Zeg de zwarte kousen van de zeventiende eeuw.
Artemisia Gentileschi gaf zichzelf weer als schilder die op het punt staat haar penseel op het doek te zetten. Dat ze daarbij deze dure jurk aanhad lijkt onwaarschijnlijk. Het was een statement: ze was niet van de straat. Let eens op hoe vaak schilders dit doen. De betekenis eindigt niet bij haar kleding. Om haar hals heeft ze een ketting met een masker. Hierdoor herkennen we haar als ‘la pittura’, de schilderkunst zelve.
Het door Gainsborough Dupont geschilderde portret van Henry Fiennes Pelham Clinton, graaf van Lincoln, komt wat vreemd over in moderne ogen. Hij kijkt ons serieus aan, heeft een zelfverzekerde houding, terwijl zijn hand nonchalant in zijn zijde is gedrukt. Deze lichaamstaal lijkt te contrasteren met de kleding die hij draagt: de graaf is van top tot teen in het zacht roze gehuld, dat nu voor meisjeskleur wordt versleten. Dat was het echter niet sinds mensenheugenis. Het werd in de middeleeuwen met het lichaam van Christus geassocieerd, in de renaissance weer met het huwelijk en begon in de achttiende eeuw de kleur van de verleiding te worden. Aan het einde van diezelfde eeuw werd roze de kleur van onschuld en tederheid. Het duurde daarna nog tot halverwege de twintigste eeuw tot meisje en roze een onlosmakelijk geheel werden.
Twintigste-eeuwse kunstenaars ëxperimenteerden volop. Bovendien werd het idee losgelaten dat zo’n kunstenaar zich maar met een bepaald aantal kunstvormen bezig kon houden. Sommige kunstenaars ontpopten zich tot slimme ondernemers met een verfijnd marketinggevoel, bijvoorbeeld Salvador Dalí. We kennen hem als schilder, maar hij was ook beeldhouwer, fotograaf, filmmaker en hij heeft zelfs het ontwerp van chupa-chups op zijn naam staan. Met mode hield hij zich ook bezig, zo is deze kreeften-jurk een samenwerking met Elsa Schiaparelli. Dalí gebruikte vaker kreeften in werken die hij in deze tijd maakte, volgens eigen zeggen als symbool voor seksualiteit.
Al die kleding is weliswaar razend interessant, maar we sluiten af met iets naakts. Mannelijk naakt in de kunst, deze keer. Klik op de foto hierboven voor de video. Veel plezier!