Lissabon en Paula Rego

Lissabon en Paula Rego

Tijdens zijn tien jaar durende terugreis van Troje naar Ithaka, vocht de Griekse Odysseus (Ulysses in het Latijn) onder andere met Cyclopen, raakte in de ban van het gezang van Sirenen, en was hij de tovenares Circe te slim af. Ook stichtte hij aan de monding van de Taag tussen neus en lippen door een stad die later door de Romeinen Ulyssippo werd genoemd. Dat was aan het einde van de toen bekende wereld. Tegenwoordig is deze stad beter bekend als Lissabon of Lisboa. Nu zijn dit soort mythische stichtingen van steden slecht te controleren, maar geven vaak wel een indicatie over hoe oud zo’n stad is. Zo waren Lissabon en het omringende gebied al eeuwen voor onze jaartelling bewoond.

Ca. 1200 voor Christus werd een Fenicische handelspost gesticht, die ‘Allis Ubbo,’ veilige haven, werd genoemd. De stad bestond zo’n 1000 jaar toen ze werd ingelijfd in het Romeinse Rijk, dat in de vijfde eeuw na Christus uiteenviel. In de vroege middeleeuwen werd het Iberisch schiereiland binnengevallen door Germaanse stammen, die ook Lissabon innamen. Ze maakten er maar kort de dienst uit, want in 714 werd de stad ingenomen door de islamitische Umayyaden, die voor een bloei van de stad zorgden. De laatste fysieke resten uit deze periode zijn in de twintigste eeuw geruimd en bevonden zich onder meer waar later het Castelo de São Jorge kwam te staan (bovenste deel foto).

Lissabon werd in 1147 ingenomen door de katholieke vorst Alfons I, die zich een paar jaar eerder had uitgeroepen tot eerste koning van Portugal. Op de plek waar de moskee had gestaan, begon nu de bouw van de kathedraal van Lissabon, de Sé de Lisboa, gewijd aan Maria. De façade van het gebouw is in de originele romaanse bouwstijl intact gebleven en ziet eruit als een fort met kantelen in de borstwering. Men had hiermee een dubbele functie voor het gebouw voor ogen: religie en verdediging. Later is er een gotisch klooster aan het complex gebouwd en is aan het eind van het gebouw een koor met -omgang toegevoegd.

Een zeer belangrijk persoon in de geschiedenis van Lissabon, en ook Portugal, was de ontdekkingsreiziger Vasco da Gama wiens graf u hierboven ziet. Het staat in het Jerónimosklooster. Vasco da Gama reisde als eerste Europeaan over zee naar Azië en terug in de jaren 1497-1499. Het was de langste zeereis die iemand ooit had gemaakt. Door deze route te varen gingen reizigers en handelaren gevaarlijke mediterrane en Arabische gebieden uit de weg. De zeeverbinding met Azië betekende een monopolie op de specerijenhandel die Portugal, met als centrum Lissabon, decennialang vasthield. Een gouden eeuw begon.

 

In dit klimaat van grote welvaart werd begonnen aan de bouw van het Mosteiro dos Jerónimos. De opdrachtgever was koning Manuel I en mede hierdoor werd het klooster een symbool van Portugal. De specifiek Portugese laatgotische architectuur heet de manuelstijl en kenmerkt zich door ingewikkelde versieringen met dikke ribben en verwijzingen naar de zee en ontdekkingsreizen, zoals kabels, ankers, schelpen en parels.

Ongeveer tegelijk met de bouw van het klooster werd de Torre de Belém gebouwd in dezelfde manuelstijl. Het is tegelijkertijd een onderdeel van het verdedigingssysteem van Lissabon, een herinnering aan de ontdekkingsreizen van Vasco da Gama, de uitdrukking van de macht van het Portugese koninkrijk en de ceremoniële toegangspoort tot de stad.

Overzeese handel en goud en diamanten uit de koloniën maakten Lissabon een van de rijkste steden van Europa, maar de stad kende ook rampspoed. Op 1 november 1755 verwoestte een enorme aardbeving zo’n twee derde van de stad. Mensen die de stad uit vluchtten richting de Taag voor instortende gebouwen verdronken een half uur later door een vloedgolf. Lissabon werd vervolgens zes dagen geteisterd door stadsbranden. De Markies van Pombal was verantwoordelijk voor de heropbouw van de stad en Lissabon heeft voor een groot deel zijn rococo en neoklassieke uiterlijk aan hem te danken. Niet alles werd echter opgebouwd. Zo is het middeleeuwse Carmoklooster nooit gerestaureerd en herinnert tot op heden als ruïne aan de verwoestende aardbeving.

Door de onafhankelijkheid van Brazilië in de negentiende eeuw ging de economie hard achteruit in Lissabon en de rest van Portugal. Daarnaast kwam de industrialisatie langzaam op gang. Pas in de tweede helft van de twintigste eeuw was er echt sprake van een economische opleving – en dat ging snel. Lissabon was Europese culturele hoofdstad van Europa in 1994 en mocht vier jaar later de Expo 98 organiseren. Dit was aanleiding van de aanleg van het Parque das Nações, een gebied dat veel toeristen trekt vanwege de tuinen, musea en moderne architectuur. In Lissabon overspant de Vasco da Gamabrug de Taag. Het is de langste brug van Europa. In betrekkelijk korte tijd heeft Lissabon een achterstand weg kunnen werken, maar heeft tegelijkertijd een rijke geschiedenis bewaard.

Paula Rego is in 1935 in Lissabon geboren en woont in Londen. Haar schilderijen, collages en pasteltekeningen hebben vaak ongemakkelijke onderwerpen en ze schuren aan je ziel. Klik op de foto hierboven om meer over Rego’s interessante werk te zien en te horen.